Over het hoogste gezag - pagina 39
40 (37) Deuteronomium X I X : 19. (38) Constitutie-nes, quia circurastantias aliquas habent, a quibus pro parte pendeant, modo in eundem aequitatis scopum omnes pariter intendant, diversas esse nihil obest. Instit. I V . c. X X . s. 16. (39) Open brief aan Prof. Dr. A. Kuijper in zake het ambt de ...
Over het hoogste gezag - pagina 20
21 den acht, zal hij de ware vrijheid handhaven. Minacht hij het, dan zal hij b. v. bij de regeling van het schoolwezen kunnen zeggen: „wij zijn overtuigd dat het eerbiedig zwijgen over den leerstelligen godsdienst in geen geval het godsdienstig geloof der kinderen" aan het wankelen zal brengen, ...
Over het hoogste gezag - pagina 13
14 worden te begrijpen, dat de hand van den chirurg noch door het een, noch door het ander, maar door het weten schappelijk doel beheerscht werd; dat de pijniging middel was om tot hooger doel te geraken, en dus moest op houden zoodra zij voor het doel onnoodig werd. Ook God regeert naar wetten ...
Over het hoogste gezag - pagina 8
9 worden; een praktijk die t h a n s , welstaanshalve en ter voorkoming van hloedvergieting, in zoover gewijzigd i s , dat men den Vorst, ook al blijft hij volkomen binnen de grenzen zijner wettige bevoegdheid, zoodra hij niet ge noegzaam buigt, in plaats van hoofd of troon, het geld ter regeeri ...
Over het hoogste gezag - pagina 9
10 gedachte van eigen vinding; maar liefde voor, persoonlijke toewijding aan dien God komt in die voorstelling niet te pas. Is de menschelijke rede het hoogste gezag, dan is er ook geen hoogere wet dan de menschelijke Voor den mensch buigt men; niet voor God. Van geweten, anders dan in den zin va ...
Over het hoogste gezag - pagina 14
15 „ieder ketter heeft zijn letter." Maar neem het in zijn geheel; neem er voornamelijk datgene uit wat u niet bevalt, wat gij er liever niet in zoiidt lezen, — en gij zult steeds bevinden dat dit Woord is „eene lamp voor uwen voet en een licht voor uw p a d , " (20) „levend en krachtig, scherpsn ...
Over het hoogste gezag - pagina 35
36 Aan U in het bijzonder, Hooggeleerde Heeren! P r o fessoren aan deze Universiteit, beveel ik mij aan. Aller eerst aan U, Hooggeëerde Vriend, Dr. Kuyper! dien ik niet slechts, als in alle opzichten mijn meerdere, met zoovelen in den lande hoogelijk heb leeren achten, maar die m i j , behalve ...
Over het hoogste gezag - pagina 30
31 kerkelijke belijdenis! Herstel van vroegere staatsrech telijke toestanden wordt door weinige Christenen be doeld of begeerd, en de vrees van velen voor eene toepassing van het tweede deel van art. 36 onzer Belij denis, betreffende de handhaving van den Heiligen kerkedienst (46), in den gees ...
Over het hoogste gezag - pagina 12
13 schenkt Hij ons Zijn geschreven Woord. Dit brengt mij tot de bespreking van het gezag van dat Woord. Niet aan de menschelijke rede maar aan God komt het hoogste gezag toe; aan den levenden God, gelijk deze zich aan ons geopenbaard heeft in het vleesch en tot ons spreekt in Zijn Woord; aan een ...
Over het hoogste gezag - pagina 33
34 redding van de menschelijke ziel op den voorgrond staat. Terecht zegt von Ketteler: „de vereeniging dien wij staat noemen, zal des te volkomener zijn, hoe hooger de indi vidualiteit en de persoonlijkheid is der leden van den staat, en hoe vaster de band die allen omvat" (48). Zij zijn ook de ...